Honden zijn huisdieren die gezelschap, structuur en veel plezier kunnen bieden. Er bestaan heel veel hondenrassen met elk eigen karaktereigenschappen. Niet elk hondenras pas bij de eigenaar en situatie. Wil je een hond dan moet je van te voren jezelf goed oriënteren om te kijken welk ras bij u past om een eventuele mis match te voorkomen.

In ons land leven bijna twee miljoen honden als huisdier. Behalve dat ze als gezelschapsdier worden gehouden, worden ze ook ingezet om allerlei taken te verrichten. Zo zijn er blindengeleidehonden, politiehonden, herdershonden, jachthonden en reddingshonden. Door het fokken van verschillende rassen zijn er uiteenlopende vormen en maten ontstaan. Ook in vachttype en lichaamsverhoudingen zijn er grote verschillen. Dat is niet het enige, de karaktereigenschappen lopen ook erg uiteen. Natuurlijk is het verleidelijk om een hond uit te zoeken op uiterlijk, maar het karakter is des te belangrijker. We willen allemaal vrienden voor het leven worden met onze hond, toch?

Verschillende rasgroepen

Er zijn meer dan 350 verschillende erkende hondenrassen. Die hondenrassen zijn opgedeeld in 10 verschillende rasgroepen, grotendeels gebaseerd op het doel waarvoor de hond is gefokt. Dit is belangrijk om rekening mee te houden met de aanschaf van de hond, want sommige honden zijn niet geschikt voor bepaalde situaties en zo kan je een mis match proberen te voorkomen.

Rasgroepen:

1) Herdershonden en veedrijvers -> Hoeders en veedrijvers zijn erg actief en hebben veel beweging nodig. Ze zijn op hun baas gericht en hechten zich sterk aan hun gezin. Ze reageren snel en kunnen soms wat nerveus zijn. Ze moeten veel bezig gehouden worden, zowel fysiek als geestelijk. Herders hebben een goede socialisatie nodig om niet nerveus te worden van nieuwe dingen.

Bewakers zijn doorgaas rustige, zelfstandige en zelfverzekerde honden. Ze zijn wat waaks en terughoudens tegenover vreemden mensen. Je moet sterk in je schoenen staan voor dit soort honden. Tevens heb je ook veel tijd nodig om met ze de aan de slag te gaan om ze bezig te houden.

Voorbeelden van herdershonden en veedrijvers zijn: Alle herderachtige, Collie achtige, Bouviers en de Schapendoes.

2) Pinschers, Schnauzers, Molossers en Sennenhonden -> Pinschers en Schnauzers zijn actieve, zelfstandige honden met veel jachtinstinct. Ze zijn gehecht aan hun gezin en zijn beschermend van aard. Wel kunnen ze veel blaffen en wantrouwig zijn tegenover vreemden. Ze hebben duidelijke leiding nodig en een goede socialisatie is van belang met andere dieren en mensen. Ze zijn slim en leren snel. Voorbeelden van Pinschers en Schnauzers zijn: Affenpinscher en Dwergschnauzer.

Molossers zijn grote, zware en sterke honden. Ze zijn rustig, zelfstandig en zelfverzekerd. Ze hechten zich aan het gezin. Molossers hebben een grote bijtkracht en houden vast tijdens het bijten. Ze zijn niet snel boos te krijgen en zijn vrij ongevoelig voor pijn. Ze meeste Molossers leren niet zo snel. Ze hebben een zelfverzekerde en duidelijke baas nodig met natuurlijk overwicht. Door hun grote zijn ze niet geschikt om te houden in huizen met weinig ruimte of appartementen. Voorbeelden van Molossers zijn: Rottweiler, Cane Corso, Deense Dog en Bullmastiff.

De Sennenhonden zijn gefokt om het vee te drijven, karren te trekken en het huis te bewaken. Ze zijn waaks en zelfstandig. Ze leren vrij snel, vooral de kleinere soorten. De kleinere soorten zijn behoorlijk actief en houden van samenwerken. De grote Sennenhonden zijn wat rustiger, zelfstandiger en bedachtzamer. Sennenhonden hebben baat bij consequentie en duidelijkheid.

3) Terriërs -> Terriërs zijn actief, moedig en vasthoudend. Ze hebben veel energie en het zijn echte jagers. Het zijn ofafhankelijke, eigenwijze honden die niet altijd even goed met andere honden omgaan. Ze zijn waaks en blaffen graag. Naar hun eigen gezin zijn dit erg aanhankelijke honden.

Terriërs zijn onder te verdelen in hoogbenige terriërs die boven de grond jagen, zoals de Airedale Terriër. Je hebt laagbenige terriërs die de prooi tot in het hol volgen, zoals de Cairn Terriër. Dan heb je nog de bulldog-achtige terriërs, zoals de Bull Terriër en de Staffordshire Bull Terriër, die voor gevechten gebruikt werden en dan heb je nog de dwerghond terriër, zoals de Yorkshire Terriër, die meer als gezelschapshond bedoeld zijn. Vooral de bulldog-achtige Terriërs kunnen onverdraagzaam zijn tegen andere honden. Tijdens de opvoeding moet hier extra aandacht aan besteed worden. Je kan wel begrijpen dat je hiervoor sterk in je schoenen moet staan om deze honden een consequente opvoeding te geven.

4) Dashonden (Teckels) -> Van oorsprong zijn de dashonden moedig, blaffen ze graag, willen ze graag werken en zijn het zelfstandige honden die snel leren. Hun jachtinstinct is erg groot. De socialisatie speelt een grote rol bij de Teckels, vooral met kinderen en andere honden. Als dit niet gebeurd worden ze vaak nerveus of vertonen ze angstagressie. Ook al zijn de dashonden niet zo groot, is een goede consequente opvoeding noodzakelijk. Hier gaat veel tijd in zitten.

5) Spitsen en oertypen -> Spitsen zijn poolhonden, gebruikt om te trekken, te waken en te jagen. De sledehonden zoals de Husky en Malamute zijn echte groepsdieren en kunnen slecht alleen zijn. Ze zijn verdraagzaam naar andere honden, maar vaak afstandelijk tegen mensen. Het zijn geen knuffeldieren. De Scandinavische jachthonden zijn actief, hebben een groot uithoudingsvermogen en hechten zich aan het gezin. Keeshonden zijn waaks, blaffen veel, zijn gehecht aan hun gezin, maar wantrouwend tegenover vreemde mensen. Ze leren snel maar zijn niet makkelijk te trainen door hun eigenzinnigheid. De spitsen hebben veel beweging en training nodig om hun energie kwijt te kunnen.

De oertypen zijn erg onafhankelijk en eigenzinning. Ze zijn buiten erg actief, maar binnen in huis vaak rustig. Ze hebben een grote jachtpassie en zijn daardoor moeilijk los te laten zonder dat ze er vandoor gaan. Voorbeelden van de oertypen zijn: Basenji, Podenco en de Pharaohond.

6) Lopende honden en zweethonden -> Deze honden worden gebruikt voor de jacht. Ze zijn op te verdelen in drijvende honden, zweethonden en twee overige verwante rassen: de Dalmatische Hond en de Rhodesian Ridgeback. Ze hebben een goede neus en een sterk ontwikkeld jachtinstinct. De drijvende en zweethonden zijn echte roedeldieren en zijn niet goed alleen te houden. Ze zijn zelfstandig en gaan buiten hun neus achterna. Hiervoor dien je goed te trainen met deze honden en een goede, consequente opvoeding is zeker noodzakelijk. Voorbeelden van de drijvende en zweethonden zijn: Bassethonden, Foxhound, Beagles en Bloedhonden

De Dalmatische Hond en de Rhodesian Ridgeback zijn sterke, intelligente, actieve honden, met een eigen wil. Ze zijn niet eenvoudig op te voeden en hebben veel socialisatie nodig.

7) Voorstaande honden -> Voorstaande honden zijn vaak gevoelige honden die zich aan hun gezin hechten. Ze hebben veel beweging nodig en willen graag werken met de baas. De honden hebben een jachtinstinct en hier moet dus ook goed aangeleerd worden dat ze niet hun neus achterna gaan. Soms zijn ze wat eigenzinnig, maar ze leren snel. Voorbeelden van voorstaande honden zijn: Drentsche Patrijshond, Duitse staande hond, Heidewachtel en Grote Münsterlander.

8) Retrievers, Spaniëls en Waterhonden -> Honden uit deze groep zijn sociaal, aanhankelijk en hebben veel uithoudingsvermogen. De meeste zijn dol op water. Door hun uithoudingsvermogen is het belangrijk om veel te wandelen en trainen met deze soorten, zodat ze hun energie kwijt kunnen.

Retrievers zoals de Labrador Retriever en de Golden Retriever willen graag met de baas samen werken en zijn meestal dol op apporteren. Ze hebben veel beweging nodig en zijn soms wat overenthousiast. Met een goede consequente training zijn dit over het algemeen hele fijne gezinshonden door hun lieve aard. Wanneer ze niet consequent zijn opgevoed, kunnen ze door hun enthousiasme soms niet meer geremd worden en worden de honden als ”druk” ervaren.

Spaniëls zijn wat eigenzinniger en onafhankelijker en hebben soms een sterke jachtpassie. Deze honden hebben ook veel baat bij een consequente training, zodat de jachtpassie niet gaat overheersen wanneer ze buiten los lopen.

Waterhonden zijn doorgaans goede zwemmers en werken graag samen met de baas, maar kunnen ook goed zelfstandig en waaks zijn. Voorbeelden van waterhonden zijn: Wetterhoun en Portugese Waterhond.

9) Gezelschapshonden -> De naam verklapt het eigenlijk al, dit zijn honden die gefokt zijn om de baas gezelschap te houden. De honden hechten zich aan de baas en houden niet van alleen zijn. Ze zijn vaak speels, aanhankelijk en gevoelig. Ook kunnen ze waaks zijn en veel blaffen. Voorbeelden van gezelschapshonden zijn: Poedel, Chihuahua, Maltezer, Mopshond en Tibetaanse Terriër.

10) Windhonden -> Ze zijn in huis vaak rustig en aanhankelijk, maar eenmaal buiten zijn ze erg actief en zelfstandig. Ze hebben veel jachtinstinct, ze reageren direct op bewegingen en zijn als ze eenmaal gaan jagen moeilijk terug te roepen. Windhonden vallen onder de ”lange honden”, daar wordt mee bedoeld dat zij snel genoeg zijn om wild te achtervolgen en te vangen. Het is verboden met om windhonden te jagen en volgens de wet is een hondenbezitter verplicht te voorkomen dat zijn dier in het veld dieren vangt. Je zal dus een windhond veel aan de lijn moeten houden. De dieren hebben echter wel veel beweging nodig, fietsen wordt daarom ook zeer aangeraden met deze honden. Gehoorzaamheid is lastig te trainen met deze honden, omdat ze zo zelfstandig zijn. Met respect en consequentie bereik je het meeste met dit soort honden. Voorbeelden van windhonden zijn: Afghaanse Windhond, Barsoi, Deerhound, Greyhound en Ierse Wolfshond.

Keuze maken

Nu je de verschillende karaktereigenschappen van de rasgroepen weet, kan je een inschatting maken welke rasgroep het beste bij jou past. Natuurlijk zijn er in de rasgroepen nog zoveel verschillen, maar binnen in de rasgroepen kunt u gerichter zoeken en uitkomen bij een specifiek ras.

Klik hier om naar de website van Raad van Beheer te gaan en scrol dan naar beneden. Onderaan die pagina kunt u de rasgroepen vinden en als u daarop klikt vindt u de specifieke rassen welke tot die rasgroep behoren.

Zoals al eerder aangegeven is het belangrijk dat je van te voren goed nadenkt over welk ras je in huis haalt en of dat ras dus daadwerkelijk bij u en uw situatie past.